vrijdag 19 februari 2016

Let's talk about love: Habibi - deel 2

Wat ik verwacht had:

  1. Het is uit tussen William en mij. Deze zondag spreek ik af met Damian en we zullen wel iets vinden, waarschijnlijk geen happily ever after, maar iets... doenbaar.
  2. Het is uit tussen Helemaal Geen Rebound en Damian. Een kwestie van minuten, meer niet, en dan zal mijn gsm the song of its people zingen, zal Skype uit het verdomhoekje ontwaken om de symfonie aan te vullen en zal mijn vernieuwde virtuele vriendschap beklemtoond worden door een bas aan berichten. Die kakofonie der hypermoderne geluiden zal eindigen wanneer Damian mij krachtig teder tegen zich aandrukt en me fluisterend zijn onsterfelijke liefde voor mij bezweert met enkele clichés. 

Wat er gebeurde:

Niets van wat ik verwacht had. Oké, misschien hadden mijn verwachtingen hun talenten beter ontplooid kunnen hebben als ze in embryonale fase gesolliciteerd hadden voor een job in het hoofd van een soapdirector in plaats van in het mijne, feit is dat elke mens het waagt af en toe z'n meest naïeve roze bril op te zetten, n'est-ce pas? Zelfs de meest rationele nihilist verzaakt soms aan haar ideologie - en dat de realiteit dan met kracht de schonen rozen ge-eenhoornde glitterbril van haar hoofd durft te meppen, nou ja, dat vind ik toch wel behoorlijk bot. 


In werkelijkheid kwam de mep heel langzaam en onopgemerkt voorspelbaar aangeslopen.


Damian had het niet uitgemaakt met zijn rebound toen hij geüpdatet was over mijn gevoelens. Hij kwam als hernieuwde vrijgezel niet onmiddellijk met open armen naar me toe gesneld. Mijn gsm lag nerveus stilletjes op hem te wachten. Skype draaide zich loom op haar zij en sliep verder. Geen enkel bericht op Facebook van mijn nieuwste oudste vriend. Uiteindelijk kon ik de zelf opgebouwde spanning niet meer aan en werd de zender van het bericht dat ik mijns inziens ontvangen had moeten hebben. Ik trof de voorbereidselen voor een afspraak, die hij de dag zelf cancelde en verplaatste naar de volgende avond. Idem dito de week erna. Op onze afspraak was alles leuk en fijn en gezellig en tof en de kern van de zaak bleef onuitgesproken. Er werd liefgehad, zonder relationele garanties. Hij was niet op zoek naar een lief terwijl hij Tinderdates bleef organiseren. Hij hield van mij en zou me elk moment opzij kunnen schuiven. Hij vond een open relatie een acceptabel en onuitvoerbaar idee.

Uiteindelijk zou dat laatste De Grote Reden blijken te zijn om op een modderige avond in het stadspark mijn roze bril van mijn oren te laten meppen en mijn herontdekte enthousiasme (en samenhorende startende moedeloosheid) te temperen.


Hij houdt van me, maar hij wacht en hoopt op een mono-amoureus keerpunt van mijnentwege.
Ik hou van hem, maar ik wacht en hoop op een poly-amoureus keerpunt van zijnentwege.


Zo zorgen enkele Latijnse (Griekse?) begrippen ervoor dat we gelukkig aanmodderen met elkaar. Gelukkig, ja, dat wel. We praten en zwanzen en lachen en luisteren en vreten en vrijen en kijken naar makkelijk verteerbare series en we zijn ons allebei bewust van onze eigen onmacht onvoorwaardelijk van de ander te houden.

Misschien starten we ooit weer een relatie.

Met elkaar.
Met een ander.
Met anderen.

Who knows?


De toekomst zet haar beste pokerface op, houdt haar kaarten strak in de hand en ik en Damian pokeren vrolijk mee. Wat we konden verliezen zijn we immers al kwijt, nu valt er enkel een onverwacht uurtje geluk te winnen.

1 opmerking:

  1. Oh wow. Gij hebt een ongelooflijk treffende beschrijving gegeven van de situatie tussen mij en mijn Zweedse vriend. (op het einde) :o Heb moed! en groetjes :)

    BeantwoordenVerwijderen